Mijn dorp waar ik me thuis voel!
Als ik het even niet meer ziet zitten en het wordt me allemaal even te veel dan vertrek ik naar mijn dorp. Het dorp waar ik ooit hoop te gaan wonen en waar nu al mijn dierbaren al ronddwalen. Het is al donker als ik er aankom en de volle maan schijnt op het plein met daarop een prachtige oude lindeboom. Wat niet veel mensen weten -omdat ze het gewoon niet zien- is dat bomen prachtige ultraviolette aura hebben. Door de maan zie je de mooie kleuren nog beter en ik blijf even staan om van het aanblik te genieten.
Onder de mooie Lindeboom staan drie bankjes waarop overdag de inwoners van het dorp graag zitten om even te rusten of gewoon gezellig met hun mede inwoners te kletsen. Voor nu is het rustig op het plein en ik loop blij en uiterst tevreden verder.
De weg bestaat uit ongelijke kinderkopjes en als ik aan de andere kant van het plein aankom blijf ik even bij mijn favoriete winkel staan. Een ouderwetse boekenwinkel met de mooiste boeken in de etalage. De eigenaar van deze fantastische winkel scharrelt nog door de paden vol boeken en steekt zijn hand naar me op als hij me ziet staan. Blij zwaai ik terug en loop verder naar de volgende winkel.
Met een heerlijk gevoel kijk ik naar binnen en zie allemaal potten met allerlei snoepjes met de prachtigste kleuren staan. Dit is een ware droom van elke kind en volwassenen die hun kind in zich koesteren. Deze winkel zou zo uit een mooie prentenboek kunnen komen. Weer bedenk ik me dat de winkels er vroeger zoveel gezelliger eruit zagen of zal dit gewoon een beetje nostalgie uit oude vervlogen tijden zijn.
Eigenlijk zou ik hier de hoek om moeten, maar de winkel die zich op deze hoek huist trekt me naar zich toe als een magneet en als ik in deze etalage kijk snap ik best waarom. Overal waar ik kijk zie ik de prachtigste taarten! Mijn lieve schoonzus Angelien zou er jaloers op worden, daarom blijf ik net zolang kijken tot ik de taarten goed in mijn hoofd geprent heb om haar van creatieve tips te kunnen voorzien indien ze het even niet meer weet. Roze taarten van zeker 5 lagen met roosjes en lekkere aardbeien en chocolade. Gele taarten met stukjes banaan en marsepein. En in de hoek staat mijn favoriet! Namelijk een heuse paddenstoel inclusief witte stippen en een deurtje van hout -ik schrik me dan ook een hoedje als het deurtje opengaat en er een kabouter met blauwe mutsje naar buiten komt, snel knipper ik met mijn ogen en weg is hij-. Als ik nog verder de etalage in kijk zie ik een mooie rode/witte taart in de vorm van een cadeau met prachtige linten en een elfje als decoratie. Met het idee dat deze elfje ook ineens kan bewegen kijk ik snel de andere kant op. Ach het is te veel taarten om hier allemaal even op te noemen.
Dan dwing ik mezelf om door te lopen en ga eindelijk de straat in die ik moet hebben. Het is een echte ouderwetse volksbuurt met leuke rode huisjes met van die ouderwetse puntdakjes en tuintjes met de prachtigste struiken en bomen. Mijn lievelingsbomen en struiken “de seringenboom en de magnolia” zijn ruim aanwezig en de lucht is hier heel zwaar van de heerlijkste geuren. De vogels zingen hun hoogste lied en dit betekend dat de dag over een paar uur gaat beginnen.
Opeens zie ik in de verte iets of iemand heel hard mijn kant op komen rennen en even schrik ik me wild. Maar al gauw begint mijn hart wild te kloppen, want ik weet wie eraan komt rennen en moet stiekem lachen om de kleine schaduw naast hem. De vloer begint een beetje te trillen als hij samen met zijn kleinzoontje aan komt denderen en vliegt me haast onderste boven. Gelukkig is hij niet veranderd en is het nog steeds mijn lekkere heerlijke suffe lompe boerboel. Diezel en zijn kleinzoon Boris jr -bandje groen de zoon van Boris en Ziva- hebben besloten om me helemaal dood te knuffelen.
Dan kijk ik verlangend achter mijn twee heerlijke boelen, maar wat ik hoopte te zien is er niet. Teleurgesteld kijk ik naar mijn grote vriend en hij legt even zijn mooie grote kop op mijn arm. “Waar is Calvin fluister ik in zijn heerlijke flappers”. “Calvin is met zijn broer Simba op verkenning” legt mijn grote stoere vent uit. “Hij is hier nog maar pas en wilde even naar zijn familie om te zien hoe het daar gaat en Simba miste zijn vrouwtje en baasje zo erg dat hij besloot om mee te gaan” verteld Diezel me. Logisch het is ook niet zomaar iets om alles waar je van houd in 1x kwijt te raken.
Dan komt er in de verte een klein meisje met prachtige krullen mijn kant op gerent! De tranen beginnen vanzelf te lopen– wauw wat heb ik haar gemist-. Mandy mijn heerlijke dochter springt in mijn armen en samen blijven we zo staan. Ik kan geen genoeg van haar heerlijke knuffel krijgen en dompel mezelf dan ook in haar liefde die om haar heen hangt als een warme deken.
Hoi schat klinkt ineens een stem dicht bij me en ik schrik me een hoedje. Mandy laat me los en begint te schateren. Plotseling verschijnt er een man naast me en sorry ik kan er niet aan wennen dat hij er ineens is zonder waarschuwing. Het is mijn papa en ik geef hem speels een duw. “ Papa je laat me voor de zoveelste keer weer flink schrikken” roep ik quasi een beetje boos. Maar hij weet dat ik hem zit te plagen en daar geniet hij enorm van.
“ Het werd wel weer eens tijd he meisje dat je ons komt opzoeken” zegt hij terwijl hij me dicht tegen zich aandrukt. Heerlijk ik ben weer op mijn favoriete plek! Wat heb ik ze gemist en samen lopen we richting huis. Onderweg kijk ik stiekem door de ramen van de huizen om te zien of ik een glimp van mijn Opa’s en oma’s kan opvangen.
Mijn vader heeft me echt wel door en begint te lachen “ lieverd je ziet ze straks echt nog wel even voordat je weer terug moet”. Zuchtend loop ik door en ga het hekje door naar onze voordeur. Hier gaan deuren vanzelf open en dat is best heel makkelijk. Ik ga de gang door en kom in een kamer waar de openhaard een prachtige gloed geeft. Moussie mijn lieve poezenkind ligt heerlijk opgekruld voor het openhaard en spint luid als ik even over haar buikje aai. Natuurlijk staat er in de hoek van de kamer een prachtige bar met houten krukken ervoor -al ben ik wel een beetje verbaasd, want ik zie nergens een tap en die zou er toch horen te zijn-.
Lachend kijkt mijn vader me aan -best irritant dat hij mijn gedachten feilloos kan lezen-. “ Heb jij de identiteiten in deze wereld wel eens zien eten en drinken schat?” vraagt hij me schaterend. Nu weet ik van wie Nicky die pretoogjes heeft. Van mijn vader en natuurlijk ook van Ron, want die kan er ook wat van. “ Hallo papa ik ben toch net langs een heerlijke taarten en snoepjes winkel gelopen. “Klopt lieverd, maar die is er alleen omdat men bepaalde behoeftes niet kunnen loslaten en dit in deze wereld ook door willen laten gaan.” Legt mijn vader me geduldig uit. “Wij hebben nog nooit een taart of snoepje gekocht al komen we er wel graag om even lekker bij te kletsen of gewoon even het gevoel van “toen” terug te krijgen” zegt mijn vader met een blik van heimwee in zijn ogen.
De bar staat er dus alleen maar voor sier en om een tijd van vroeger te herleven net als alles in deze dorp. Maar dat vind ik niet erg, want hierdoor geniet ik nog meer van de tijd dat ik hier ben.
Aan de andere kant staat een heerlijke bank met een grote eikenhouten kast. Dennis de schotse collie en Castor de bouvier staan blij op en begroette mij met een enorme lik. Even ga ik op de grond zitten om met mijn honden te knuffelen en Mandy komt bij ons zitten om gezellig mee te doen.
Buiten hoor ik ineens heel veel gestommel en gehinnikt, blij kijk ik op en ren naar de achterdeur. Natuurlijk hoef ik deze weer niet te openen en daar staan mijn drie lieve pony’s “Polly, Sunny en mama secu oma Jetje. Mandy die me is achterna gelopen springt op Sunny en laat me een prachtig staaltje dressuur zien. Dan rent ze samen met Sunny op een hek af en als ze te dichtbij zijn om er nog heelhuids overheen te komen – heel dom van me- doe ik snel mijn ogen dicht en wacht met kloppend hart op de klap die echt zou moeten komen. Mandy en Sunny vliegen op de juiste moment over het hek en zweven ineens door de lucht.
Hier in mijn dorp zijn geen auto’s, fietsen, of andere vervoersmiddelen ook elektriciteit is ver te zoeken. In de ouderwetse lantaarns branden vrolijke gekleurde kaarsen en ook binnen dansen de vlammen er lustig op los. Daarom is een vliegende paard en kind ook niet zo raar hier in mijn dorp, al moet ik er nog steeds aan wennen.
“mama zullen we een wandeling gaan maken” vraagt Mandy hoopvol en kijkt me met haar prachtige ogen aan. Mijn dochter kan ik echt niets weigeren en al snel zijn we op weg. Als we bijna aan het eind van de weiland zijn lig ik ineens op de grond. In deze wereld doe je, je niet zo snel pijn en ik sta dan ook versteld hoe fijn ik tegen de grond gesmakt wordt. Terwijl ik daar zo lig te mijmeren hoe mooi het gras is en dat het toch wel prettig is als ik thuis ook zo zacht tegen de vlakte stort, wordt ik ineens helemaal schoon gelikt door twee gekke honden! Oh Karel en Kizzy roep ik blij en enthousiast dus daar zijn jullie. Ik vroeg me al af waar jullie waren gebleven.
Blij springen Kizzy en Karel om me heen en doen een wedstrijdje “wie krijgt het vrouwtje voor de tweede keer op de grond”. Als er ineens een bekende stem mijn honden op zijn plaats roept. Kizzy en Karel reageren gelijk en zelfs ik stop direct met lopen. “Good Boy, Good Girl “roept degene en dan draai ik me verheugd en blij om. Daar staat een jonge vrouw met een enorme rottweiler naast zich en met een lach waar iedereen blij van wordt. Vaak heb ik met haar geboomd over de honden, paarden en over mijn zus Silvia waar ze zo van hield. Nicole de vriendin van mijn zus die zo jong over moest gaan.
Baron haar rottweiler tikt tegen haar hand en zij kijkt hem liefdevol aan “we gaan zo knul”. “We gaan zo naar mijn mama en papa die hebben het moeilijk in deze tijd. Vooral nu mijn moeder zo ziek is heeft mijn papa me zo hard nodig. Natuurlijk weet ik dat ze me niet zien maar ik hoop dat ze me wel voelen” verteld Nicole me en ik besef nu des te harder dat ik haar gemist heb ook al zag ik haar niet vaak. “Ook ga ik altijd even naar mijn zus Anne Marie en mijn kleine nichtje Kiki kijken, met haar spelen maakt me altijd blij” zegt Nicole en geeft me een liefdevolle knuffel. “Bye bye” tot de volgende keer en weg is ze. Fijn om te zien dat ze nog net zo’n wervelwind is als altijd.
“Anita!” hoor ik ineens iemand roepen en mijn hart maakt een sprongetje van blijdschap. “ Oma!” roep ik blij terug en ik ren naar haar toe om me in haar armen te storten. Oma van der Veer de moeder van mijn vader. Wij hebben een speciale band die we pas na haar overlijden hebben opgebouwd. Sindsdien zijn we zo blij als we elkaar zien en houd ik enorm van haar. Opa van der Veer loopt lachend naar me toe en kijkt zijn vrouw zo intens verliefd aan dat ik even niets meer kan zeggen om extra van dit moment te genieten.
Als ik hier ben geniet ik enorm van dit heerlijke stel, daarom gluur ik ook graag door de raam van hun huis omdat ze zo vaak dansend door de kamers glijden. Heerlijk om te zien dat ook na het overgaan de liefde voor elkaar blijft bestaan.
Bijna is het weer tijd om naar de werkelijke wereld te gaan, maar ik heb mijn lieve opa en oma Bakker nog geen dikke knuffel gegeven. Natuurlijk weet ik ze te vinden nu de zon is opgestaan. In de verte zie ik al iemand met zijn kont omhoog in de bosjes staan. Opa houd van tuinieren en als ik al die vrolijke kabouters en natuurlijk “de jager” in de tuin zie staan weet ik dat het opa is die doet waar hij zoveel van houd. De bloemen en planten staan er prachtig bij en ook “Bambi de hert” staat op de plek waar hij hoort te staan. Even bewegen de beelden en gaan op een andere plek staan.
“ Opa!” gil ik verbaasd “ zag je dat, de beelden bewegen” roep ik. Opa kijkt me lachend aan en krijg mijn zoveelste liefdevolle knuffel van vandaag. “ Oh lieverd je krijgt een echte dikke toet” zegt mijn opa lachend. “ Ja opa ik word steeds voller” roep ik lachend. “ Jongens laat mijn kleindochter toch niet zo schrikken” zegt hij tegen zijn beelden. “ Let maar niet op ze hoor meisje, ze vinden het leuk om de levenden te laten schrikken” zegt mijn opa en ik besluit om maar niet meer op de beelden te letten -net als ik bij de taarten gedaan heb-.
Dan komt mijn oma met haar schort aan naar buiten en ik ren in haar armen. “Hallo lieverd, wat fijn dat je weer even langskomt” lacht mijn oma door mijn enthousiasme en doet de trommel open die ze in haar handen houd, “hier schat neem een lekker koekje!”. Natuurlijk probeer ik een lekkere kletskop uit de koekjestrommel te halen, maar in deze wereld is eten geen must. Al het eten is een illusie, dus dat koekje kan ik op mijn buik schrijven.
Mandy en ik lopen weer verder en dan rennen er ineens twee honden ons voorbij! Vaag herken ik de honden, maar weet even niet waar ik deze herinnering zoeken moet. “Oh mama nu moet je goed opletten, want dit is altijd heel grappig” zegt mijn meisje grinnikend. “ Kom laten we ons hier verstoppen” roept Mandy enthousiast. Snel kom ik naast haar staan achter een hele dikke kastanjeboom. “Wie waren die honden ook alweer” fluister ik mijn meisje in haar oren. “Dat zie je vanzelf, wacht maar af” fluistert Mandy.
Stil van spanning wacht ik samen met Mandy achter de boom en als ik begin te denken dat mijn meisje me gewoon in de maling neemt, komt er ineens een man de hoek om gewandeld. De man herken ik uit duizenden en ben best verheugd dat hij hier ook is. De man kijkt even om zich heen en ziet ineens de twee honden die geduldig op hem staan te wachten. Dan rennen de twee honden weer verder en blijven staan bij de deur die naar een donker uitziende etablissement leid. Degene die de honden volgt stopt ook bij de etablissement en met zijn drieën gaan ze om zich heen kijkend snel naar binnen. Snel rennen Mandy en ik er naar toe en kijken nieuwsgierig door het raam naar binnen. We zien allemaal mannen zitten aan de bar en ook de man met de honden heeft een mooi plaatsje gevonden. Door de rook -van al die sigaren- zien we niet veel, maar wat we zien is toch wel heel veel gezelligheid. Dames en heren zitten aan de tafels bij de ramen en zo te horen heeft iedereen het reuze naar hun zin. Dan begint er iemand luid te zingen en vol verbazing herken ik de stem van Andre Hazes al had dit me totaal niet moeten verbazen.
Lachend kijk ik naar Mandy “ Je opa heeft zijn favoriete plekje weer gevonden” zeg ik. Opa Joop hield wel van kroeg gezelligheid vertel ik mijn dochter lachend en trouwens ook wel van een Jenevertje. Trix de vuilnisbakken ras en Saar de bouvier houden hem gezelschap en ik vraag me af waar mijn lieve schoonmama is gebleven.
Terwijl ik om me heen kijk of ik mijn schoonmama ergens zie zitten, gaat de achterdeur van het etablissement open en zie ik een bekend gezicht die naast mijn schoonpapa gaat zitten. Tranen schieten in mijn ogen en ik fluister heel zacht “dat is Loek”. Ook Mandy begint zachtjes te snikken en verteld me zacht dat ze hem ook niet zo vaak hier ziet. “Oekie noemde mijn zus Sammy hem altijd” mijmerde mijn dochter en net alsof we samen een teken hadden afgesproken rende we naar binnen. Arme Loek schrikt zich een ongeluk als er twee idioten hem van achteren aanvalt. Lachend neemt hij ons in zijn stevige armen en is net zo blij om ons te zien als wij hem. Na hem helemaal bij gepraat te hebben gaan Mandy en ik weer verder met onze heerlijke wandeling.
Als Mandy en ik bij het plein aankomen zie ik Beppie al onder de boom zitten met nog meer vrouwen en ze kletst er lekker op los. Als ze ons ziet wenkt ze naar ons en snel lopen we naar haar toe. “Ha Anita ben je er weer wat gezellig! Kom er lekker bij zitten”. “ We hadden het er net over dat hier verderop een nieuwe winkel is gekomen” verteld mijn schoonmama me enthousiast. “Een hobby winkel met de prachtigste garen van echt zijde en verschillende stoffen met de mooiste kleuren” roept Beppie met een dromerige glans in haar ogen.
Beppie en ik knutselde graag en wat hebben we samen veel kaarten gemaakt. Alle vrouwen om me heen beginnen gezamenlijk druk te praten over wat ze allemaal in de hobbywinkel hebben gezien.
Ik beloof mezelf om straks zelf even te gaan kijken, want ik ben nu toch wel heel nieuwsgierig geworden.
We hebben het nog even over van alles en al gauw ben ik de tijd volkomen vergeten tot mijn meisje me aanstoot en verteld dat we verder moeten. Ik knuffel mijn schoonmama en beloof haar dat ik snel weer langskom en ga snel op weg naar de nieuwe hobbywinkel.
Beppie heeft niets teveel gezegd! In de etalage liggen prachtige borduurgaren die zo erg glanzen dat je ogen er zeer van doen en de stoffen hebben kleuren die ik niet eens kan benoemen. Degene die de winkel heeft geopend is heel druk bezig geweest met haken en breien, want er hangen prachtige cape’s in goud en zilverkleuren. Oh wat zou ik er graag een van willen hebben en voordat ik het maar kan denken heb ik een prachtige cape om met een mooie capuchon en zo licht als het lijkt alsof je niets aan hebt.
Trots als een pauw loop ik even later met Mandy terug naar huis. Karel en Kizzy komen ons tegen moet gelopen en lopen spelend met elkaar achter ons aan. Als we dichter bij ons huisje komen hoor ik een hels kabaal uit onze schuur komen. “Wat is dat nou weer” roep ik naar mijn kind. Mandy kijkt me verbaasd aan “geen idee mama”. Dan stopt het lawaai net zo abrupt als dat het was begonnen. Snel lopen we naar de schuur en kijken voorzichtig naar binnen.
Gerard mijn vader is druk bezig om een groot gevaarte in elkaar te solderen en ik vraag me nu toch wel een paar dingen af! Wat is het? En heb je zoiets wel nodig in deze wereld, want hier is alles wat je hartje begeert. Met een dolgelukkig gezicht kijkt mijn vader op van zijn soldeerwerk. “Hoi schat hoe vindt je hem?”. “Prachtig pap wat is het?” Mijn vader kijkt naar zijn kunstwerk en roept enthousiast “een verwarmingsketel!”. “Heb je die hier nodig dan” terwijl ik me tegelijk afvraag of ik het hier koud of warm vind. Maar ik heb het eigenlijk gewoon lekker namelijk niet warm en niet koud. Het nut van een verwarmingsketel zie ik dan ook nog niet zo, maar mijn vader glundert dus hij vindt dat hij goed bezig is en als mijn papa gelukkig is dan ben ik het ook.
Ondertussen schatert mijn kind het uit en hikt af en toe de woorden “uitvinding nummer 250”, “steeds hetzelfde”, “moderner” en “ijzerhoop”. Ik maak ervan uit dat mijn vader al heel veel verwarmingsketels gemaakt heeft en deze steeds weer heeft geperfectioneerd totdat ze uiteindelijk op de ijzerhoop terecht komen. Ja zo ken ik mijn papa! Mijn vader heeft de eerste verwarmingsketel gebouwd die zich vanzelf reset als de stroom weer aanslaat als deze is uitgeslagen. Vroeger kwam er nog iemand aan de deur die de ketels weer moest aanslingeren als er een stroomstoring was geweest -wat in die tijd nog vaak gebeurde-, maar bij ons hoefde dit niet, want wij hadden een handige papa -ja ja ik kom nog uit de tijd van de schillenboer en melkman! De melkflessen waren toen nog van glas en aan de doppen kon je zien wat het was. Rood was karnemelk, blauw was melk en geel was vanille vla-.
Het wordt langzamerhand weer tijd om naar huis te gaan en dat zijn de lastige momenten, want ik wil eigenlijk nog niet naar huis. Maar het is nog niet de bedoeling dat ik me hier in het dorp vestigt.
Natuurlijk hoor ik jullie roepen “ maar Anita je kan erheen wanneer je wilt” en dat valt jammer genoeg best een beetje tegen.
Mijn bewustzijns niveau moet precies goed zijn en de coördinaten goed zijn ingetypt, dan ben ik er zo. Maar ben ik iets te gespannen of wil ik het te graag dan kan ik de weg wel eens moeilijk vinden.
Maar lukt het me en heb ik de goede weg ingeslagen dan geniet ik enorm van al mijn dierbaren die ik in mijn echte wereld moet missen…..